De Kunstwerkcommissie in het kort
Wat doet de Kunstwerkcommissie?
De Kunstwerkcommissie – waarvoor de FOD Sociale Zekerheid het secretariaat voorziet – werkt volledig onafhankelijk en heeft verschillende taken. Zo moet de Commissie kunstwerkers informeren over hun sociale rechten en plichten.
De belangrijkste taak van de Kunstwerkcommissie is om kunstwerkattesten uit te reiken.
Hoe is de Kunstwerkcommissie samengesteld?
De Kunstwerkcommissie bestaat voor de helft uit professionals uit de artistieke sector (kunstwerkdeskundigen). De andere helft bestaat uit vertegenwoordigers van: de federale administraties (RSZ, RVA, RSVZ), vakverenigingen en werkgevers- en zelfstandigenorganisaties.
Hoe beslist de Kunstwerkcommissie of iemand een kunstwerkattest krijgt?
Beperkte kamer
De beperkte kamer is eentalig en onderzoekt de aanvragen voor een kunstwerkattest. Ze bestaat uit 6 leden: (3 kunstwerkdeskundigen, 1 vertegenwoordiger van de federale overheid, 1 vertegenwoordiger van de vakverenigingen en 1 vertegenwoordiger van de werkgevers- en zelfstandigenorganisaties).
Uitgebreide kamer
Als de leden het niet eens raken, wordt de aanvraag voor een kunstwerkattest doorverwezen naar de uitgebreide kamer. Die bestaat uit 18 leden (9 kunstwerkdeskundigen, 3 vertegenwoordigers van de federale overheid, 3 vertegenwoordigers van de vakorganisaties en 3 vertegenwoordigers van werkgevers- en zelfstandigenorganisaties) en wordt voorgezeten door de voorzitter van de Commissie.
De uitgebreide kamer kan een beslissing nemen met een meerderheid van 60% van de stemmen, berekend volgens bijzondere stemmodaliteit.
Aanvragen voor een kunstwerkattest onderzoeken
De Kunstwerkcommissie onderzoekt de aanvragen voor een kunstwerkattest door na te gaan of:
- het gaat over een artistieke praktijk, zoals beschreven in de regelgeving;
- deze artistieke praktijk op een professionele manier wordt uitgevoerd.
Elke aanvraag wordt individueel onderzocht: de Kunstwerkcommissie gaat bij elke aanvraag na wat de persoon in kwestie concreet doet en controleert of de bijdrage van de aanvrager noodzakelijk is voor een artistieke creatie of uitvoering.